Identificatie van honden is verplicht.

Via een chip kan je hond teruggevonden worden wanneer hij is weggelopen of gestolen. De chip wordt onderhuids ingebracht via een holle naald en bevindt zich steeds links in de hals. Het plaatsen van een chip mag enkel door een dierenarts worden uitgevoerd. De chip kan worden afgelezen met een speciaal toestel.

Als je een hond koopt moet hij op voorhand geïdentificeerd zijn en een internationaal paspoort hebben. Aan de hand van het paspoort kan je bewijzen dat je de eigenaar van de hond bent.

Controleer dus steeds of je de identificatiepapieren die bij de chip passen en het Europees Paspoort meekrijgt als je een hond koopt. Meer inlichtingen hierover op: www.dogid.be.

Je kan je puppy beschermen tegen een aantal gevaarlijke ziektes door hem tijdig te laten vaccineren. De eerste vaccins kunnen al gegeven worden vanaf de leeftijd van zes weken.

Waarom nog een extra vaccinatie op de leeftijd van 16 weken?

10% van de pups die correct werden gevaccineerd op de leeftijd van zes, negen  en twaalf weken, blijken onvoldoende beschermd te zijn op de leeftijd van 16 weken. Deze pups hebben zoveel antistoffen meegekregen via het gevaccineerde moederdier, dat ze zelf onvoldoende immuniteit opbouwen door hun vaccinatie. Vandaar dus de extra vaccinatie op de leeftijd van 16 weken.

Een alternatief voor deze vaccinatie op 16 weken leeftijd, is een titerbepaling vanaf 16 weken. Dit betekent dat je via een bloedanalyse nakijkt of een dier voldoende beschermd is. Als de bloedtest aangeeft dat er onvoldoende bescherming is, dan dient de vaccinatie nog eens herhaald te worden. Titeren kan enkel voor hondenziekte, kattenziekte en leverziekte.

Op de leeftijd van één jaar wordt het volledige vaccinatieschema nog eens herhaald.

Vanaf de leeftijd van twee jaar hoeft het vaccin tegen hondenziekte, kattenziekte en leverziekte nog maar om de drie jaar gegeven worden. Het vaccin tegen rattenziekte en kennelhoest beschermt maar één jaar, dus wordt jaarlijks gegeven.

Vaccinatie tegen rabiës is verplicht voor honden, katten en fretten die van of naar andere landen worden vervoerd. Dit vaccin kan samen met de andere vaccins gegeven worden en is drie jaar geldig. De eerste vaccinatie tegen rabiës mag pas vanaf de leeftijd van twaalf weken worden gegeven en is pas na 21 dagen geldig.

Elk jaar krijg je van ons een brief ter herinnering. Op het moment dat je langs komt voor de jaarlijkse vaccins wordt de hond ook volledig onderzocht en op die manier kunnen we vroegtijdig ziektes (zoals hartkwalen, gezwellen, …) opsporen en behandelen.

Hondenziekte = de ziekte van Carré of distemper

Hondenziekte wordt veroorzaakt door een virus nauw verwant aan het mazelenvirus bij de mens. Het is zeer besmettelijk aangezien het ook zonder rechtstreeks contact tussen honden overdraagbaar is. De verspreiding gebeurt via speeksel, urine en ontlasting. De ziekte veroorzaakt in de eerste plaats een loopneus en de hond begint te hoesten. Vervolgens treedt er koorts op, die meestal gepaard gaat met een gebrek aan eetlust, braken en/of diarree. Verder krijgt de hond een ontsteking op de oogleden en het neusslijmvlies (etterige uitvloei uit neus en ogen), keelontsteking, longontsteking en problemen met het zenuwstelsel. De ziekte kan leiden tot blijvende letsels of sterfte. Bij pups verloopt de ziekte acuut. Deze ziekte komt gelukkig nog maar zelden voor dankzij een grondige vaccinatie!

Kattenziekte = parvovirose

Het is een erg besmettelijke ziekte die wordt veroorzaakt door een virus dat wordt verspreid via de uitwerpselen van een zieke hond. De ziekte veroorzaakt een ernstige ontsteking van de maag en de darmen en gaat gepaard met bloederige diarree en braken van bloed. De diarree en het braken zorgen ervoor dat de hond veel vocht en electrolyten verliest. De hond wil vaak niet eten of drinken waardoor uitdroging ontstaat. Hij wordt suf, krijgt koorts en zijn afweermechanisme tegen andere ziekten neemt sterk af. De ziekte kent meestal een dodelijke afloop binnen de 48 uur na de eerste ziekteverschijnselen. Deze ziekte zien we gelukkig ook nog maar zelden. Als we nog parvo zien, zien we het meestal bij pups die via massatransport en onder slechte omstandigheden vanuit het buitenland naar België werden gebracht.

Rattenziekte = Leptospirose

De besmettingsbron is de bruine rat, die leeft in beekjes en grachten. De ziekte wordt veroorzaakt door een bacterie die zich verspreidt in besmet water (urine van besmette dieren bv. een rat of een hond) en ook kan overgaan op de mens. Een hond die in besmet water zwemt of besmet water drinkt, krijgt via de slijmvliezen of via eventuele wondjes op de huid bacteriën binnen. De bacterie nestelt zich vervolgens in de lever en de nieren en veroorzaakt er ontstekingen. Vooral bij jonge honden kan de ziekte een dodelijke afloop hebben. Ziektesymptomen zijn: koorts, sufheid, spierpijn, braken, geen eetlust en veel drinken. De hond kan daarnaast ook geelzucht hebben. Sinds oktober 2013 is er een vernieuwd vaccin dat vier (i.p.v. twee) serotypes van leptospirose bevat. Dit nieuwe vaccin biedt een veel betere bescherming.

Leverziekte

Infectieuze hepatitis is een virale infectie die in het lichaam allerlei schadelijke effecten veroorzaakt met als voornaamste symptoom een ontsteking van de lever. Het verloop van de ziekte is meestal mild, maar in bepaalde gevallen kent de ziekte een dodelijke afloop. De virale infectie verspreidt zich via de urine.

Kennelhoest

Kennelhoest is een ontsteking van de keel en de luchtpijp, met als belangrijkste verschijnsel een droge hoest, alsof er iets in de keel van je hond zit. Het hoesten kan in de loop van enkele weken vanzelf over gaan, maar er kunnen ook complicaties optreden zoals bronchitis of longontsteking. Vooral jonge dieren zijn hieraan erg gevoelig. De meest voorkomende verwekkers van kennelhoest zijn Para-influenzavirus en de bacterie Bordetella bronchiseptica. Verminderde weerstand, stress, veel blaffen of een hoge infectiedruk (veel honden bij elkaar waarvan meerdere de aandoening hebben) verhogen de kans op verspreiding en aanslaan van de infectie. De naam kennelhoest is dan ook ontstaan doordat we de ziekte vooral zien op plaatsen waar veel honden zijn, zoals bijvoorbeeld in een hondenpension of op het trainingsveld van een hondenschool. De ziekte wordt verspreid door vochtdruppels die bij het hoesten in de lucht worden verspreid. Een hoestende hond moet dus bij andere honden weggehouden worden om verspreiding te voorkomen. Hou er rekening mee dat besmetting ook via onze handen of kleding kan plaats vinden. Ga er altijd van uit dat de infectiekans zeker blijft bestaan zolang de hond hoest. De vaccinatie wordt aangeraden (is verplicht) als een hond op pension gaat en in andere situaties waarbij het infectierisico duidelijk groter is (zoals bijvoorbeeld in de hondenschool of als hij veel in contact komt met andere pups). De inenting zelf kan gebeuren door een onderhuidse injectie of via een neusdruppel. De eerste keer moet het geïnjecteerde vaccin herhaald worden na drie weken, daarna wordt het net als de andere vaccins één keer per jaar herhaald. De neusdruppel is na één toediening al werkzaam.

Hondsdolheid

Hondsdolheid of rabies is een zoönose!! Dit betekent dat mensen ook besmet kunnen raken via hun huisdier. In Europa komt rabiës vooral voor bij wilde dieren als de vos en de vleermuis, maar in Afrika, Azië en Zuid-Amerika is de ziekte wijder verspreid en zijn ook veel honden besmet. De ziekte is dodelijk bij zowel mens als dier en wordt overgebracht via het speeksel. België is sinds 2001 officieel vrij van rabiës. Vaccinatie tegen rabiës is verplicht voor honden, katten en fretten die van of naar andere landen worden vervoerd. Dit vaccin kan samen met de andere vaccins gegeven worden en is drie jaar geldig.

Wens je niet te kweken met je hond, dan is de sterilisatie van een teefje zeker aan te raden. Hieronder zetten we de voordelen van een sterilisatie op een rijtje:

• Preventie melkkliertumoren
• Preventie baarmoederontsteking
• Preventie baarmoederkanker en eierstokkanker
• Nooit meer loops of schijndrachtig
• Minder kans op suikerziekte

Het beste moment om te opereren is rasgebonden. Bij de meeste rassen adviseren we een sterilisatie vóór de eerste loopsheid, wat betekent dat de ingreep meestal dadelijk wordt gepland op de leeftijd van zes maand.
Bij sommige (voornamelijk grote) rassen wordt geadviseerd om ze pas op latere leeftijd te steriliseren.
Wij kunnen je helpen bij het maken van de beste keuze voor je hond.

Vóór de eerste loopsheid steriliseren heeft als voordeel dat de kans op tumoren van het melkklierweefsel enorm afneemt. Bij sterilisatie vóór de eerste loopsheid is de kans op melkkliertumoren 0,05%. Na de eerste loopsheid 8% en na de tweede loopsheid 26%.

De sterilisatie van een teefje is een routine ingreep die gebeurt tijdens een 'dagopname'. In principe kun je jouw hond 's ochtends brengen en in de loop van de namiddag weer ophalen.

Je moet er wel op letten dat de hond nuchter is voor de operatie, dit wil zeggen de avond vóór de operatie geen eten meer na 20 uur, drinken mag tot ’s ochtends.

Je hond krijgt een eerste kalmerende prik in jouw bijzijn, je mag er bij blijven tot ze suf is en niet meer beseft dat je vertrekt, daarna verhuizen we naar de operatiezaal en wordt de gasanesthesie gestart. Bij de operatie wordt de buik geopend via de middellijn.

Indien we steriliseren vóór de eerste loopsheid worden enkel de beide eierstokken weggenomen. Bij sterilisatie na de eerste loopsheid wordt ook de baarmoeder weggenomen, in dit geval zal de operatiesnee iets groter zijn. Je hond krijgt al vóór de operatie een pijnstillende injectie. Bovendien krijg je voor een paar dagen pijnstillers mee naar huis. De wonde wordt intradermaal gehecht, zodat aan de buitenkant maximaal twee hechtingen te zien zijn.

Om te vermijden dat je hond aan de hechtingen likt, kunnen we dadelijk na de operatie een medical pet shirt aandoen.

Wel opletten voor gewichtstoename na operatie! Na het verdwijnen van de vrouwelijke hormonen, hebben honden minder calorieën nodig om hun lichaamsgewicht te behouden, wat betekent dat er wat extra aandacht moet besteed worden aan preventie van overgewicht. Pups die op de leeftijd van zes maanden worden gesteriliseerd, schakelen we daarom na de ingreep over van puppyvoeding naar adult voeding. Honden die al een adult voeding kregen vóór de ingreep, adviseren we om na de ingreep over te schakelen naar light voeding.

Een klein percentage van de honden kan enige tijd na de ingreep af en toe urine verliezen. Dit komt door een verminderde werking van de sluitspier van de blaas. Dit ongemak kan gemakkelijk verholpen worden met geschikte medicatie. Ook het beperken van overgewicht helpt om incontinentie te voorkómen.

Castratie van een reu kan in bepaalde gevallen aan te raden zijn:

1. Geboortepreventie

2. Medische redenen:

• Bij testikels die nog niet zijn ingedaald op de leeftijd van zes maanden
• Bij testikeltumoren
• Bij goedaardige prostaatvergroting
• Bij tumoren ter hoogte van de anus die groeien onder invloed van testosteron

3. Gedragsredenen:

• Bij hyperseksueel gedrag (berijden van voorwerpen of mensen)
• Bij onzindelijkheid (urine markeren) die start in de puberteit
• Bij weglopen (alleen als dit is omdat de reu zoekt naar een loopse teef)
• Agressie tussen intacte reuen

Jammer genoeg is castratie geen wonderoplossing voor de meeste gedragsproblemen. Castratie is geen oplossing bij hyperactiviteit, blaffen, graven, de meeste vormen van agressie, angsten en fobieën…

Vertoont je reu een storend gedrag (weglopen, urine markeren, wat je “dominant gedrag” noemt, agressie naar andere intacte reuen, hypersexueel gedrag….) en wil je weten of een castratie dit gedrag kan corrigeren?
Er bestaan tabletten die tijdelijk de werking van de mannelijke hormonen remmen. Hebben deze tabletten een positief effect op het gedrag van je hond gedurende de twee weken dat we deze medicatie testen, dan is een chirurgische castratie zinvol.

Vanaf de leeftijd van zes maanden kan je hond worden gecastreerd. De castratie van een reu is een routine ingreep die gebeurt tijdens een 'dagopname'. Je moet er wel op letten dat de hond nuchter is voor de operatie, dit wil zeggen de avond vóór de operatie geen eten meer na 20 uur, drinken is geen probleem. Je hond krijgt een eerste kalmerende prik in jouw bijzijn, je mag er bij blijven tot hij suf is en niet meer beseft dat je vertrekt, daarna verhuizen we naar de operatiezaal en wordt de gasanesthesie gestart. Bij de operatie wordt een kleine incisie gemaakt net vóór het balzakje. Via deze incisie worden beide testikels verwijderd.

Je hond krijgt al vóór de operatie een pijnstillende injectie. Bovendien krijg je voor een paar dagen pijnstillers mee naar huis. De incisie wordt grotendeels onderhuids gehecht, zodat aan de buitenkant slechts enkele hechtingen te zien zijn. Om te vermijden dat je hond aan de hechtingen likt, geven we een kraag of Medical Pet Shirt mee.

Na een castratie is er geen spermaproductie meer, maar de reu blijft nog een drietal weken vruchtbaar na de ingreep aangezien er nog enkele weken spermatozoïden in de zaadleider aanwezig zijn.

Na castratie bestaat de kans dat de vachtstructuur van je hond verandert. De vacht kan donziger worden en meer gaan krullen. Dit zien we vooral bij langharige honden en dan voornamelijk bij setters, retrievers en spaniels.

Na een castratie is het wel belangrijk om op het gewicht van uw hond te letten. Pups die op de leeftijd van zes maanden worden gecastreerd, schakelen we daarom na de ingreep over van puppyvoeding naar adult voeding. Honden die al een adult voeding kregen vóór de ingreep, adviseren we om na de ingreep over te schakelen naar light voeding.

Wil je een tijdelijke onvruchtbaarheid van een reu bekomen, dan bestaan er implantaten. Deze implantaten worden via een holle naald ingebracht onder de huid ter hoogte van de schouders. Er bestaan twee versies van dit implantaat. 

Het ene implantaat werkt zes maanden, het andere twaalf maanden. Het implantaat hoeft niet verwijderd te worden (het wasstaafje lost stilaan op), tenzij je toch sneller dan de werkingsduur van het implantaat wenst dat je hond terug vruchtbaar wordt. In dat geval kan het implantaat chirurgisch verwijderd worden. Implantaten zijn een prima alternatief als je later nog kweekplannen hebt met je reu.

Na inbrengen van het implantaat kan je hond eerst nog heviger worden door een tijdelijke testosteronpiek kort na inbrengen van het implantaat, pas in de tweede fase zal het gedrag kalmeren. De reu wordt pas onvruchtbaar zes tot acht weken na inbrengen van het implantaat. Het is ook niet perfect voorspelbaar wanneer je reu exact terug vruchtbaar zal zijn na uitwerken van het implantaat!

Bij oudere reuen die een goedaardige prostaatvergroting hebben, bestaan er ook tabletten die de prostaat terug tot rust kunnen brengen. Deze tabletten worden gedurende één week dagelijks gegeven. Deze kuur wordt best om de zes maanden herhaald en is een goed alternatief voor een chirurgische castratie.

Neem je je huisdier mee op reis? Dan is een goede voorbereiding cruciaal om samen zorgeloos en veilig te kunnen genieten. Hieronder zetten we alles nog eens op een rijtje.

Internationaal paspoort en inentingen

Indien je naar het buitenland reist, dient je huisdier (hond, kat, fret) geïdentificeerd te zijn door middel van een chip. Ook een inenting tegen hondsdolheid is dan verplicht. Deze vaccinatie wordt ingevuld in het internationale paspoort en is voor de meeste landen drie jaar geldig. De hondsdolheidvaccinatie mag niet vroeger gegeven worden dan op de leeftijd van twaalf weken. Een pup of kitten mag pas de grens oversteken drie weken later. Dit betekent dat pups of kittens niet mogen reizen doorheen de EU als ze jonger zijn dan 15 weken.

Wetgeving per land

In sommige landen zijn er strengere regels. Voor reizen naar het Verenigd Koninkrijk, Ierland en Noorwegen is het bijvoorbeeld verplicht om je hond door een dierenarts te laten ontwormen tussen 24 en 120 uur voor vertrek. In sommige landen is de hondsdolheid vaccinatie slechts één jaar geldig. En jammer genoeg zijn niet alle hondenrassen welkom in elk land. 

In onze praktijk hebben we een uitgebreide reishandleiding beschikbaar. Jullie mogen ons altijd contacteren bij vragen over reizen naar een bepaalde locatie.

Je huisdier parasietenvrij

Op de kaart hieronder kan je nakijken in welk land je huisdier kans heeft om besmet te raken met één van de hieronder beschreven parasieten of ziekten.

De kleurcodes geven aan of parasieten in een land vaak of minder vaak voorkomen. Het kaartje zegt wel niets over de verspreiding binnen één land. In het noorden van Frankrijk is het risico op hartworm immers zeer beperkt, terwijl dit in Zuid-Frankrijk reëel is. Over sommige landen is de informatie zeer beperkt. Wil je meer details over jouw bestemming, aarzel dan niet om ons te contacteren.

Vlooien en teken

Al verzorg je je huisdier nog zo goed, het risico op vlooien is altijd aanwezig. In zonnige oorden zelfs nog meer, want de vlooien gedijen er erg goed dankzij de warmte. Ze zuigen bloed en kunnen zo bloedarmoede en vlooienallergie veroorzaken, maar ook lintwormen en andere nare ziektes overdragen. Ook mensen kunnen vlooienbeten oplopen.

Teken zitten overal in planten en struiken en hechten zich vast aan voorbijlopende dieren. De beet van teken veroorzaakt flink wat irritatie en jeuk. Een teek kan gevaarlijke ziekten overdragen zoals Anaplasmose, Babesiose en ziekte van Lyme.

Behandelen kan zowel via tabletten, pipetten als antiparasitaire halsbanden.

Hartworm

Muggen zijn voor je huisdier net zo hinderlijk als voor jou. Ze zorgen voor jeuk en irritatie, maar zijn in België verder ongevaarlijk. In Zuid-Europa en in exotische landen kunnen honden of katten door een beet van steekmuggen besmet geraken met hartworm (Dirofilaria immitis). Besmette dieren worden niet meteen ziek na een muggenbeet. Het duurt namelijk vijf tot zeven maanden voordat de larve zich ontwikkeld heeft tot een volwassen hartworm die zich nestelt in de longslagader en in het hart van de hond of kat en hartfalen veroorzaakt. Voorkomen is dus beter dan genezen.

Je kan aan hartwormpreventie doen door je hond een speciale ontwormingstablet te geven maandelijks tijdens je verblijf in risicogebied, op de dag van thuiskomst en dan nog eens één maand na thuiskomst.

Leishmania

Zandvliegen zijn kleine mugjes die voornamelijk rond het Middellandse Zeegebied voorkomen. Ze zijn vooral ’s nachts actief en zuigen bloed. Zo kunnen ze de ziekte Leishmania overdragen die de witte bloedcellen van je huisdier kan aantasten. Het kan verschillende maanden tot zelfs jaren duren voordat de eerste symptomen zichtbaar worden, maar de ziekte is allesbehalve onschuldig. Ze veroorzaakt onder andere huidproblemen, nierproblemen, gewrichtsontstekingen, gewichtsverlies en geelzucht. Voorkomen is dus ook in dit geval beter dan genezen.

Niet alle tekenbanden of pipetten tegen teken werken ook tegen zandvliegen. Vraag dus raad aan ons vóór vertrek.

Longworm

Slakken en kikkers... Je vindt ze overal. Ook honden durven deze slijmerige diertjes weleens opeten. Zo loopt je viervoeter het risico op een infectie met Angiostrongylus vasorum, ook bekend als longworm of Franse hartworm. Het gaat om een erg gevaarlijke en zelfs levensbedreigende parasiet die hoestbuien, ademhalingsproblemen, hartklachten, bloedstollingsstoornissen en zelfs sterfte kan veroorzaken. Houd je viervoeter dus liever uit de buurt van slakken en kikkers én zorg voor een juiste bescherming voor je op verlof vertrekt.

Vossenlintworm

Kom je op wandeling dode knaagdieren tegen, houd je huisdier dan zeker op een afstand. Contact met ratten of muizen of uitwerpselen van vossen kan zorgen voor besmetting met de vossenlintworm. Je huisdier zal er weinig last van hebben, maar bij de mens kent deze besmetting, na verloop van een aantal jaren, een fatale afloop. Mensen kunnen zich besmetten met deze lintworm door het aaien van besmette honden of katten, het opeten van ongewassen bosvruchten en het in contact komen met dode vossen of hun uitwerpselen. Gelukkig komt deze vossenlintworm maar zelden voor bij de mens.

EHBO-pakket

Onze praktijk heeft voor 12 euro een standaard EHBO pakketje samengesteld met daarin allerlei verbandmateriaal, tape, handschoenen, steriel spoelmiddel, ontsmettingsmiddel, een schaar en een tekentang.

Dit pakketje kan verder worden aangevuld met bv. medicatie tegen braken, diarree, reisziekte, ontwormingstabletten, preventie van vlooien, teken en zandvlieg,...

Nog enkele aandachtspunten

Met wat vertrouwde spullen om zich heen (eigen mand of deken en zijn favoriete speelgoed) voelt je huisdier zich direct meer thuis in een vreemde omgeving.

Neem voldoende voer mee. Het vertrouwde merk van je dier is misschien niet te krijgen in het buitenland.

Ga je met de auto op reis? Voorzie dan voldoende eten en drinken voor tijdens de reis en las voldoende rustpauzes in. Het kan erg warm worden in de auto. Laat je hond nooit alleen in de auto achter!
Voorzie een veilige plek in de auto voor je hond (bv. een hondenbench). In Duitsland is zelfs een speciale hondengordel verplicht.

Aan de halsband van je dier een kokertje vastmaken met je telefoonnummer en vakantieadres is altijd een aanrader.

Neemt je hond dagelijks medicatie voor een gezondheidsprobleem? Denk er dan aan om voldoende geneesmiddelen mee te nemen. 

Bij warm weer heeft een hond het snel te warm. Doe dus geen zware inspanningen tijdens het heetst van de dag en voorzie voldoende schaduw en drinken.